Liever een goede hoogbetaalde bestuurder, dan een slechte laagbetaalde. Dat is de mores bij uitgever Reed Elsevier, aldus Errol Keyner.

Reed Elsevier presenteerde afgelopen week een baanbrekend beloningsbeleid.
Grapje.

De aanzwellende maatschappelijke kritiek op excessieve beloningen van
topbestuurders begint voorzichtig effect te hebben. Natuurlijk, de tijden
waarbij bestuurders van beursgenoteerde bedrijven bij gemiddeld functioneren
miljoenenbeloningen incasseren, zijn niet helemaal passé. Maar er zijn
kleine lichtpuntjes zichtbaar.

Veel banken zijn – al is het tijdelijk – gezwicht voor de maatschappelijke en
politieke druk en strooien minder kwistig met geld richting de top. En
steeds meer ondernemingen beperken de hoogte van de bonussen binnen het
totale beloningspakket. Dit gaat niet gepaard met een exodus van
topbestuurders. Het feit dat het vaste basissalaris ter compensatie veelal
extra is verhoogd zal daarbij geholpen hebben.

Topbeloning core business bij Reed Elsevier

Reed Elsevier gaat voorlopig door op de oude voet. Dat betekent de introductie
van het derde beloningsbeleid in vier jaar.

Naast het uitgeven van duurbetaalde specialistische informatie, is de
onderneming namelijk toonaangevend in het frequent optuigen van nieuwe
beloningssystemen voor haar eigen bestuurders. Paradoxaal blijft alles bij
het oude, want ieder systeem is even complex en royaal. Zeer royaal.

Toegegeven, Reed Elsevier is een grote en winstgevende uitgever. Het
basissalaris van ruim 1,2 miljoen euro van de bestuursvoorzitter is er dan
ook naar. Bij goed presteren kunnen er vijf jaarsalarissen bij komen, maar
zelfs in een gemiddeld jaar ging de topman in het recente verleden met zo’n
vijf miljoen euro naar huis.

Doet de onderneming het dan zo geweldig? De groei van de (onderliggende
aangepaste) operationele winst in de laatste vier jaren toont een minder
uitbundig plaatje: van plus 6 procent, plus 5 procent, naar minus 1 procent,
minus negen procent.

Liever extra betalen

Gelukkig is de balans intussen iets aangesterkt, hoewel goodwill en
immateriële activa 3,4 maal zo hoog zijn als het eigen vermogen.

Al met al een gemengd beeld. In ieder geval onvoldoende om de royale
beloningen te rechtvaardigen.

Gelukkig heeft Reed Elsevier met president-commissaris Anthony Habgood de
ultieme verdediger van het beloningsbeleid. De erudiete Brit wist in de
aandeelhoudersvergadering vorige week in gewone mensentaal kernachtig de
rechtvaardiging van het beleid uit te leggen: liever een goede hoogbetaalde
bestuurder, dan een slechte laagbetaalde.

De beloningsconsultants van Hay Group en Towers Perrin kunnen inpakken.

Errol Keyner is adjunct-directeur bij de Vereniging van Effectenbezitters (VEB),
maar schrijft dit artikel op persoonlijke titel. De auteur heeft geen
positie in Reed Elseiver

Lees ook:

Meer analyses van Errol Keyner

Volg de markten op Z24 Beurs

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl